Van Basten vergat Sibon te bellen
Uitgegeven: 9 mei 2012 10:31
Door Remco Regterschot
'Hop', zei Gerald Sibon nadat hij met een sierlijke boog een propje papier in de prullenbak had gemikt. Het was aan het einde van het seizoen 1996/1997, de jonge spits van Roda JC stond aan de vooravond van zijn eerste bekerwinst (er zouden er nog vijf volgen, naast drie landstitels) en hij had net een contract getekend bij Ajax. ‘Hatsee’, riep hij nog eens; daar ging propje twee. En nadat nummer drie erin ging na afloop van het interview, kraaide hij: ‘Hóppa!’ Met een gezicht dat verried: wie doet mij wat vandaag?
Niemand deed hem wat, alles lukte. Nieuwe Revu-collega Robert Heukels en ik waren ervan overtuigd dat deze 'Witte Kanu' groots zou doorbreken bij het Ajax dat een jaar eerder nog nipt de Champions League-finale verloor van Juventus. Sibon redde het echter niet. Iets te langzaam, net niet sterk en wendbaar genoeg, wellicht wat te bleu en tja, Shota Arveladze, hè?
Humor
Ik belde Sibon na het verhaal nog een keer voor een korter stukje. Het klikte, we deelden dezelfde humor en een andere Revu-collega, Jildou van der Bijl (tegenwoordig hoofdredacteur van Linda) adviseerde vaker met hem te bellen. ‘Leuke stukjes’, vond ze namelijk. Dat bellen deed ik daarna in naam van Sportweek, het was het begin van ‘Sibon ziet’, een rubriek waarvan je liefhebber was of helemaal niet. De manier waarop 'Geraldinho' zichzelf en de voetbalwereld relativeerde, sprak mij in ieder geval enorm aan.
Sibon en ik werden vrienden, al kon hij maar niet begrijpen waarom ik tijdens HTC 8 tegen SVI 5 liep te schoffelen alsof de wereldbeker op het spel stond. Ik begreep weer minder goed waarom hij in de zomer van 2004 niet snoeihard trainde om te kunnen slagen bij PSV. ‘Tja’, zei hij achteraf, ‘had ik maar jouw instelling, Remkoe. Of jij mijn talent, ’t is maar hoe je het bekijkt.’
Toen ik hem nog beter leerde kennen, werd me duidelijk dat Sibon niet altijd even goed iets kan of wil uitleggen aan iemand die de materie niet eigen is. Hij maakt dan een ongemakkelijk grapje of is letterlijk met stomheid geslagen.
Liefhebber
Diep in zijn hart wist hij door de ‘periode Ajax’ dat fysieke beperkingen een ultieme doorbraak in de top uitsloten. Dat inzicht heeft er deels voor gezorgd dat hij tot en met zijn 38ste als liefhebber op een vrij hoog niveau heeft kunnen voetballen.
Wat ik inmiddels ook weet, mede van oud-ploeggenoten die wel de absolute top haalden: Sibon doorziet snel en goed situaties op een voetbalveld, hij kan daardoor in zijn hoofd constant wat hij bij vlagen heeft laten zien. Dat ‘goed zien’ doet hij nog steeds, met gelijkgestemden (Ron Jans was daar trouwens niet eentje van) kan hij daar bovendien prima over praten.
Alleen daarom begrijp ik niet waarom sc Heerenveen hem zo gemakkelijk heeft laten gaan. Er is achteloos voorbijgegaan aan zijn kennis van de clubcultuur en zijn statuur in Friesland. De nieuwe coach, Marco van Basten, was er na één gericht telefoontje wellicht achtergekomen - zo doortastend schat ik hem wel in - dat Sibon, Drent met Amsterdamse flair, binnen de club zijn enige gelijkgestemde was.
Als speler ging Van Basten toch iets minder lichtzinnig om met goede mogelijkheden.
Lees voor een terugblik van Gerald Sibon op zijn carrière het NUsport-magazine van deze week, dat nu in de winkels ligt, online bestelbaar en op de iPad verkrijgbaar is.
© NUsport/Remco Regterschot